Roerlassen van ongelijksoortige aluminiumlegeringen
Roerlassen is een nog redelijk nieuw verbindingsproces. Toepassing ervan vindt inmiddels plaats bij de fabricage van transportmiddelen, zoals schepen, spoorwagons, automobielen, vliegtuigen en brandstoftanks van raketten.
Vanwege de geringere massa van aluminium ten opzichte van die van staal, wordt roerlassen onder andere steeds meer toegepast voor de fabricage van autocarrosserieën om het brandstofverbruik terug te dringen. Vandaag de dag bestaat het in auto’s toegepaste aluminium voor het grootste deel uit gietlegeringen en in geringere mate uit plaat. De gangbare fusielastechnieken, zoals booglassen, hebben enkele beperkingen bij het lassen van gegoten materiaal omdat er veel porositeiten en gietgallen kunnen ontstaan. Roerlassen is een ideale techniek om aluminium plaat en gietstukken te lassen omdat de resulterende lasverbindingen vrij zijn van porositeiten of gietgallen, omdat roerlassen een vaste-toestandproces is dat beneden de smelttemperatuur van het materiaal plaatsvindt. Voor sommige toepassingen worden gietstukken en dunne plaat met elkaar verbonden ter verbetering van de mechanische eigenschappen, de bewerkings- en verspaningseigenschappen en de kosten. Om hieromtrent een en ander aan de weet te komen is er door Okamoto en medewerkers [1] geëxperimenteerd met dunne plaat (5052-H34) en een gietlegering (360-F).
Materiaal en lasparameters
Er is gebruik gemaakt van dunne plaat 5052-H34 en in een metalen matrijs gegoten werkstukken van 360-F.
De proefplaten meten 100 x 50 x 2 mm en ze werden stomp gelast in de toestand zoals ze waren ontvangen. Tabel 1 geeft aan hoe het materiaal werd opgesteld. In het geval van het lassen van ongelijksoortig materiaal, werden 5052-H34 en 360-F aan de voorloopkant (VK) en de naloopkant (NK) van de las geplaatst.
De lasproeven zijn uitgevoerd met een CNC gestuurde driedimensionale roerlasmachine uitgevoerd. De laskop stond onder een hoek van 3° met de verticaal en was vervaardigd van gereedschapsstaal. De...