Het gedrag van een lasnaad in aluminium
Het gedrag van een lasnaad wordt door verschillende factoren beïnvloed, waaronder legering, vorm en warmtebehandelingstoestand van het basismetaal, lastoevoegmetaallegering en lasproces, afkoelsnelheid van de las, het naadontwerp, alle mechanische en thermische behandelingen na het lassen en de gebruiksdoeleinden.
Wanneer van een V-las de overdikte niet wordt verwijderd, dan zijn de eigenschappen van de warmtebeïnvloede zone (WBZ) van grote invloed op de sterkte van de las naad. De samenstelling en structuur van het lasmetaal kunnen echter ook de sterkte, vervormbaarheid en taaiheid van de lasnaad beïnvloeden. Een booglas is een relatief klein gietstuk dat is vervaardigd van oververhit metaal dat snel in of op een veel grotere metalen matrijs wordt gegoten, waaraan enkele aanvul lende legeringselementen door middel van opmenging worden toegevoegd en waarmee het zich onmiddellijk bindt. De eigenschappen van dit gietstuk worden zowel door de samenstelling als door de afkoelsnelheid bepaald. Hoge stollingssnelheden veroorzaken in het algemeen een fijnere microstructuur en een hogere sterkte en verminderen de aanleg voor warmscheuren. Bovendien wordt dank zij de hoge stollingssnelheden de WBZ kleiner. Door de hoge warmtegeleidbaarheid van aluminium liggen de afkoelsnelheden voor aluminium lassen altijd relatief hoog. Factoren zoals voorverwarming, lage lassnelheden en kleine werkstukken met grote lasnaden kunnen de afkoelsnelheid echter drukken en het is daarom beter deze factoren te vermijden.
Treksterkte en taaiheid
Aangezien de twee basistypen van aluminiumlegeringen, niet warmtebehandelbare en warmtebehandelbare, verschillend reageren op lassen, zullen ze apart worden behandeld.
Niet-warmtebehandelbare legeringen
De niet-warmtebehandelbare legeringen verliezen door de laswarmte de voordelen van vervormingsharding ter plaatse van de WBZ. Op deze plaatsen die zich dichtbij de lasnaad bevinden, keert het metaal terug tot de zachtgegloeide toestand waardoor het...