Ook oud-leden hebben weer vertrouwen in hun brancheorganisatie
Aluminium Centrum, nieuwe stijl, met positieve uitstraling
Per 1 januari jl. heeft het Aluminium Centrum een nieuw bestuur, bestaande uit Albert Hogewoning, technisch directeur Bayards Aluminium Constructies BV te Nieuw-Lekkerland (voorzitter), Serge van der Goes, directeur Gové BV te Nootdorp, (secretaris/penningmeester) en Jan Melis, directeur Melis Metaalgieterijen BV te Tilburg (algemeen bestuurslid). Daarnaast is Ronald Kousbroek manager van het Aluminium Centrum. Een goede ontwikkeling voor de aluminiumbranche. ALURVS.nl vroeg voorzitter Hogewoning naar de ambities en doelstellingen van het bestuur op korte en lange termijn.
Het Aluminium Centrum, in de rol van ondersteunend, informerend en adviserend orgaan voor de aluminiumbranche, heeft na de doorstart haar uiterste best gedaan om haar leden van dienst te zijn. Dat is ook goed gelukt, waarbij Ronald Kousbroek - met medewerkers - een zeer actieve en praktische rol heeft gespeeld als manager van het Aluminium Centrum. Desalniettemin was de grote wens te komen tot een volwaardig bestuur, dat het Aluminium Centrum kon dragen en uitdragen.
Drs.ir. Albert Hogewoning heeft de functie van voorzitter op zich genomen. ‘Het is belangrijk dat een brancheorganisatie kan bogen op een volwaardig bestuur. Samen met Serge van der Goes en Jan Melis vormen we een basisbestuur en kunnen we voorlopig opereren. Daarnaast is het wenselijk het bestuur te laten groeien tot vier of vijf leden, zodat we minder kwetsbaar zijn en de taken wat meer kunnen verdelen. Het is uiteindelijk een functie, die je naast je eigen job uitvoert. Het bestuur gaat de komende maanden dan ook op zoek naar verdere uitbreiding.’
Aluminium Centrum, nieuwe stijl
Naast praktische zaken, die uitstekend worden verzorgd door Kousbroek, dienen er ook bestuurlijke zaken worden opgepakt en beleid gemaakt. Na de herstart van het voormalige Aluminium Centrum, moesten er nog wel wat leden worden overtuigd van de toegevoegde waarde van hun brancheorganisatie. Het Aluminium Centrum, oude stijl, met een eigen locatie en minder gunstige marktomstandigheden, had het zwaar door de financiële druk. ‘Door in het gebouw van Koninklijke Metaalunie kantoor te kunnen houden, was al een eerste positieve stap gezet. En daarnaast willen we ons echt richten op een stuk functionele invulling van de ondersteuning, die we kunnen bieden aan onze leden, maar dan wel op een “leane” manier. Met minimale middelen een maximale service, voor alle leden, dat is ons uitgangspunt. We willen de primaire functie van het Aluminium Centrum in de gaten houden en dat is het zijn van een portaal voor een reeks van aluminium- en aluminiumgerelateerde bedrijven. En dat lukt heel aardig. We merken dat oud-leden, die eerst nog wat sceptisch waren over de werkelijke waarde, ons als orgaan weer gaan waarderen. En dat is waar wij naartoe willen, want met elkaar zijn we sterker.’
Ambities op korte en lange termijn
Vragend naar de ambities van het Aluminium Centrum, zegt Hogewoning: ‘ We willen dat het AC financieel bestendig haar functie kan uitoefenen en we duidelijk maken wat wij onze leden kunnen bieden. Mede door de inzet van Ronald, zijn wij meer dan actief. Dat willen we ook op een praktische manier doen. Vaak zullen presentaties en seminars worden gehouden daar waar branchegroepen of gelieerde branchegroepen al bij elkaar komen. Zodat je aluminium met elkaar op een goede manier kunt uitdragen.’ Als voorbeeld noemt Hogewoning de Hannover Messe, met het thema ‘Lightweight Structures’, een belangrijk voordeel van aluminium. Maar ook in Veldhoven op 22 en 23 april a.s. tijdens de beurs Materials 2015 is het Aluminium Centrum aanwezig. En er wordt samengewerkt met Mikrocentrum. ‘Zo kunnen we het Aluminium Centrum als een portaal presenteren, zonder een evenement – kostentechnisch – zelf te moeten dragen.’
Met deze leane aanpak zorgt het Aluminium Centrum ervoor dat het kan blijven bestaan en dat er economisch met de contributie van de leden wordt omgegaan. ‘Het beschikbare budget willen we zoveel mogelijk gebruiken voor echte ondersteuning en om meerdere zaken in de lucht te kunnen houden. Dit lijkt goed te werken.’ Ook kennisbijeenkomsten, waarbij een bedrijf de host is, zijn heel aantrekkelijk: ‘De kosten drukken zo niet op het budget van het AC en het feit dat theorie wordt gecombineerd met praktijk – normaliter is er ook een rondleiding bij -, maakt deze bijeenkomsten extra aantrekkelijk.’ Als voorbeeld noemt hij Bayards, de Staalfederatie en zo zijn er nog meer interessante bijeenkomsten geweest.
Aluminium meer in de picture
Een van de taken, die het bestuur zich stelt, is aluminium meer voor het voetlicht te brengen bij het grotere publiek als interessant (bouw-)materiaal, met een aantal grote voordelen. ‘Door het materiaal meer te promoten, wordt er vaker aluminium verwerkt in projecten en meer aluminium verkocht, wat uiteraard gunstig is voor onze branche.’ Hogewoning geeft aan dat het bestuur – samen met de leden – aluminium als materiaal uitdraagt, uiteraard om economische redenen, maar ook omdat het een aantal interessante kenmerken heeft: het materiaal is licht van gewicht, wat in vele branches brandstof spaart, dus beter is voor het milieu. Daarnaast is het corrosiebestendig, waardoor het duurzaam is, en het is volledig recyclebaar, wat de circulaire economie versterkt.
‘Wij zijn er voor de leden en niet andersom’
Maar, in the bottom line moet het materiaal wel verkocht worden. Daar zullen de bedrijven zelf hard aan moeten trekken en het AC wil bijdragen door te faciliteren en te ondersteunen. ‘Duidelijk moet zijn dat het Aluminium Centrum er is voor de leden en niet andersom. Wij willen zorgen voor een toegevoegde waarde met onze ondersteuning en we willen, heel pragmatisch, een nuttige service verlenen, zonder dat daar te veel geld mee is gemoeid.’
Alle drie de bestuursleden zijn zelf ook werkzaam in de aluminiumbranche en staan met beide benen op de grond. ‘Omdat wij precies weten hoe het in de praktijk gaat, zien wij ook waar mogelijk behoefte aan is en welke ondersteuning wenselijk is. Om dat te faciliteren stellen wij, als bestuur zijnde, graag de nodige eigen vrije tijd beschikbaar. Onze insteek is dat het, vanuit de kennis maar ook vanuit de praktijk, professioneel moet draaien.’
Het bestuur is heel content met de hosting van Koninklijke Metaalunie. ‘Dat werkt goed en praktisch. Het faciliteert op een prettige en zeer representatieve manier het Aluminium Centrum en we houden zo ook contact met meerdere branchegroepen. Ook hebben we zo toegang tot professionele services, waarbij de kosten redelijk blijven. Zo kunnen we heel functioneel opereren.’
Activiteitenprogramma zeer gewaardeerd
Hogewoning geeft aan dat het cursus- en opleidingenprogramma van het Aluminium Centrum goed aftrek vindt. ‘Dat overbrengen van kennis en kunde en hoe deze op een professionele manier toe te passen is en blijft belangrijk in onze branche. Daarmee ontsluit je mogelijkheden en markten.’Materiaalkunde algemeen voorziet niet voldoende in kennis op het gebied van aluminium. ‘Daar kunnen wij als portaal, als intermediair, iets in betekenen. Deels bieden wij zelf kennis aan in vorm van cursussen. En deels leggen wij verbinding tussen bedrijven, die op zoek zijn naar kennis, en kennisinstituten, die daarin kunnen voorzien. Maar ook richting onderzoeksinstituten, die kunnen bijdragen in ontwikkeling en onderzoek naar gedragingen van aluminium in bepaalde toepassingen.’Zo wil het Aluminium Centrum haar leden branchebreed faciliteren en informeren. Vraag en aanbod samenbrengen, waarbij de leden vinden wat ze zoeken, maar waarbij de leden ook vindbaar zijn, hetgeen in het totaal een versterkende functie heeft.
Bestendigheid Aluminium Centrum
Hogewoning: ‘De stappen, die wij als bestuur willen maken, begint met te komen tot een bestendig instituut, dat heel veel informatie kan bieden en voldoende leden heeft, om draadkrachtig te kunnen opereren. Dat ledental gaat steeds meer de goede kant op, maar uitbreiding werkt wel versterkend. Niet alleen voor meer vlees op het bot, maar ook om beter die draaischijffunctie van vraag en aanbod en kennisdeling te kunnen bieden. Hoe meer leden, hoe meer we dat in een breder verband kunnen doen. Dat is belangrijk voor de hele branche. We willen geen blinde vlekken in ons ledenbestand hebben, maar branchebreed kunnen ontsluiten. Dat is cruciaal voor alle leden, maar ook interessant voor niet-leden. Meld je aan dan maak je deel uit van de hele groep en kun je gebruikmaken van het portaal, dat vraag en aanbod in kennis en informatie bij elkaar brengt.’
Ledenvergadering op Materials 2015
Op 22 en 23 april a.s. wordt in Veldhoven in het NH CC Koningshof de beurs Materials 2015 (www.materialenbeurs.nl) gehouden. ‘Weer een voorbeeld van zo’n praktische aanpak. Onze leden, maar ook niet-leden zullen deze beurs ongetwijfeld bezoeken. Door tegelijkertijd de ledenvergadering daar te houden, gaan we heel efficiënt met de tijd van onze leden om. En tevens willen we niet-leden daar aangeven wat we voor ze kunnen betekenen. Tijdens die vergadering hebben leden tevens de gelegenheid met elkaar en met het bestuur van gedachten te wisselen. Doordat de leden zich uitspreken, kunnen wij de branche nog beter van dienst zijn.’
Visie op lange termijn
Wat is de visie van het Aluminium Centrum op langere termijn? ‘Wij willen de verdieping van kennis over aluminium verder ondersteunen. Dat zul je terugzien op meerdere plekken. Zo ondersteunen we de leerstoel Aluminium Light Constructions op de TU Eindhoven. Daar wordt onderzoek gedaan naar mogelijkheden voor aluminium, ook voor de toekomst. Niet alleen kijkend naar het lichte gewicht, maar bijvoorbeeld ook de brandveiligheid van gebruik van aluminium in gebouwen. Door dat onderbouwd met onderzoeken aantoonbaar te maken, kan het leiden tot bijvoorbeeld nieuwe normen. Dat zijn trajecten, die een langere adem vragen, maar wel belangrijk zijn om aluminium meer op de kaart te zetten en toepassing van dit materiaal in gebouwen te vergroten.’
Hogewoning: ‘We kennen de positieve eigenschappen van aluminium, maar de kracht van het materiaal moet ook wetenschappelijk vastgelegd worden, wil het echt terugkomen in regelgeving en normen. Wij moeten voor onze leden die mogelijkheden ontdekken, waarbij kennisvergaring en –verdieping ons in staat stelt de markt voor aluminium te vergroten. We willen onderzoek laten aansluiten op marktpotentieel.’
Vanuit de overheid worden er minder middelen beschikbaar gesteld voor onderzoeken en in de branche zijn er relatief weinig grote spelers, die R&D op grondstoffelijk niveau sponsoren of in de lucht houden. ‘Daarom moeten wij als brancheorganisatie zelf mogelijkheden creëren. Door - aan de hand van een gebundelde visie van de leden en de input van deze bedrijven - de toepassingsmogelijkheden te onderzoeken. Niet individueel het wiel uitvinden, maar kennis delen. Zo zijn we op brancheniveau sterker! Daarnaast moeten deze resultaten bekendgemaakt worden bij de producenten van aluminium toepassingen. Zo creëer je afname.’
Aluminium in economisch perspectief
Hogewoning: ‘De bouw, als aluminiumafnemende sector, heeft een tijd in een dip gezeten, maar dat begint langzaam aan te trekken. Daarbij zijn in het kader van MVO en duurzaamheid de positieve eigenschappen van aluminium een belangrijk argument om het materiaal in te zetten. De energietechniek is op peil gebleven en gaat zelfs steeds meer aantrekken. Denk aan toepassingen van zonne-energie en zeker windenergie. Met de corrosieve bestendigheid en het lichte gewicht is daar veel investeringspotentieel.’
Een andere branche, de offshore, is ook een interessante. ‘Aan de ene kant wordt er, met de lage olieprijs van nu, misschien minder geïnvesteerd, maar aan de andere kant staan de oliebedrijven – nog meer dan hiervoor – voor de uitdaging maximale rendement te behalen uit hun ontginningen. Zij zullen gaan zoeken naar het meest economische materiaal om in te zetten in uitbreidingen van oliewinning. Daar is zeker plaats voor aluminium.’
Onderzoek op hoog niveau biedt voordeel voor leden
Naast de eerder genoemde zaken, is het voordeel van aansluiting bij het Aluminium Centrum de mogelijkheid om mee te delen in die diepe kennisontwikkeling. ‘Dat betreft het doen van onderzoeken, die een individueel bedrijf niet zomaar kan uitvoeren. Daar ligt een gemeenschappelijk belang, voor alle leden. En willen we ons als “Nederland-Maakland” blijven profileren, dan moeten we het zoeken in complexere segmenten, waar weer diepgaande kennis voor nodig is. Kennis op het gebied van het materiaal, maar ook van ontwerp, productie en toepassing. Aluminium is als te verwerken materiaal toch minder terug te vinden in lageloonlanden, waardoor deze branche een uitdaging blijft voor Nederland-Maakland.’ Bayards, het bedrijf waar Hogewoning werkt, is een uitstekend voorbeeld van een Nederlands bedrijf dat wereldwijd levert en een enorme kennis heeft van aluminium.
Milieubelasting in kaart
Waar het Aluminium Centrum recent mee actief is, is het in kaart brengen van de milieubelasting van aluminium, zodanig dat bouwend Nederland hier ook gebruik van kan maken.’ Zij kunnen daarmee de milieubelasting van de bouwwerken gestand doen. Dat is een ontwikkeling, die de aluminiumbranche zelf moet voortbrengen. Net als de sectoren staal en beton, die daar al langer mee bezig zijn.’
Voordeel van deze berekening van milieubelasting is dat het materiaal aluminium hierdoor extra gunstig naar voren komt om toe te passen in bouwwerken. Een bouwbedrijf kan met die regelgeving dat ook echt aanduiden.’
Regulering toepasbaarheid aluminium
De toepasbaarheid van aluminium in diverse branches valt of staat met de normeringen, met codes die gedragen worden door de overheid om het gebruik van aluminium ook te reguleren. Ook daar is een rol voor het Aluminium Centrum weggelegd om te zorgen dat die codes ook daadwerkelijk ontwikkeld worden en vastgelegd. Dat is in feite belangrijk voor alle branches ten aanzien van de toepasbaarheid van aluminium. Voor deze regelgeving, Nederlands en Europees, wordt onder andere samengewerkt met de NEN. ‘Producenten zouden moeten denken vanuit de toepassing en niet alleen vanuit de – uit overlevering voorgeschreven- materialen. Er blijkt nog te weinig kennis over de eigenschappen en inzetbaarheid van aluminium aanwezig te zijn. Door deze vast te leggen in normen en regelgeving, zodat ook de veiligheid van het gebruik van aluminium wordt aangetoond, zal er sneller worden gekozen voor dit materiaal. Die ontwikkeling van normen en regelgeving is ook duidelijk een actie voor het Aluminium Centrum, met profijt branchebreed voor de langere termijn. Daarbij is de haalbaarheid via het Aluminium Centrum als gesprekspartner, veel groter dan aanvragen via een individueel bedrijf.’
Aluminium Centrum voortdurend zichtbaar
Het Aluminium Centrum zorgt dat het zichtbaar en vindbaar is op meerdere beurzen: ‘We staan zoals gezegd, op de beurs Materials 2015 en op de Hannover Messe, 9 april a.s. is er een gratis bijeenkomst “Het onmogelijke mogelijk maken! Leer van succesvolle ondernemers” in de Markthal in Rotterdam, en er worden met grote regelmaat interessante cursussen aangeboden. Binnenkort (19 mei a.s.) is er een seminar over de prijsvorming van aluminium in de markt, het ruwe materiaal, met LME en premiums en hoe dat in elkaar steekt. We geven onze leden de kans zich inhoudelijk en in detail te informeren over deze zaken. Met deze en andere zaken wil het Aluminium Centrum voortdurend zichtbaar blijven.’
www.aluminiumcentrum.nl
Kansen zien en pakken
Het driekoppig bestuur van het Aluminium Centrum ziet kansen en zet zich actief in om die ook te benutten. Naast Albert Hogewoning maakt Serge van der Goes, als secretaris en penningmeester, deel uit van het bestuur. Serge is directeur van het in 2011 opgerichte Gové, actief in de metaalindustrie met de technieken lassen, CNC frezen, CNC draaien en buigen van aluminium en RVS. ‘Ik vind het belangrijk dat wij als aluminiumbranche ons goed profileren. Met alle kennis en ervaring, gebundeld uit de hele branche, kunnen we aluminium sterker op de kaart zetten.’
De derde persoon uit het bestuur is Jan Melis in de functie van medebestuurslid. Hij is directeur van het in 1954 opgerichte Melis Metaalgieterijen BV te Tilburg. Melis Gieterijen Tilburg staat bekend als een onderneming, die goed en traditioneel gemaakt gietwerk levert, dat aan alle eisen en normen voldoet die in de industrie worden gesteld. ‘De reden dat ik actief wil zijn binnen het bestuur is dat we als collectief het verschil kunnen maken en daar wil ik graag aan bijdragen.’