Roestvast staal in de kunst
De gangbare opvatting die men heeft van een beeldhouwer is iemand die zich met hamer en beitel een weg baant door de materie, geleid door de inspiratie van het moment. Dit beeld komt zelden overeen met de werkelijkheid. De beeldhouwer voegt niet zelden juist kleinere stukken materie samen tot een groter geheel en vaak komen er zelfs geen hamer en beitel aan te pas.
J.P. Blondel
(artikel gepubliceerd in Roestvast Staal nummer 4, 1994- artikel 139)
Een werkstuk ontspruit gewoonlijk aan een idee, dat soms na veel getob en soms als een blikseminslag opdoemt. Dit idee wordt eerst tot uitdrukking gebracht in een ontwerp, waarin wordt gezocht naar de essentiële lijnen en vormen. Aan de hand van zo'n ontwerp wordt een kleimodel gemaakt, vaak op kleinere schaal, vanwaaruit het werk zijn ruimtelijke vorm gaat krijgen. Voor sommige werkstukken moet een gipsen of bronzen afgietsel worden gemaakt dat dan moet dienen voor verdere bewerking. In dit stadium ondergaat de vorm dikwijls ingrijpende veranderingen. De metamorfose is niet alleen een schaalverandering: de afmetingen van het werkstuk en de te gebruiken materialen vereisen vormen die onverbrekelijk met elkaar samenhangen. Er is sprake van kunst als materiaal en vorm samenvloeien tot een harmonieus evenwicht. Het resultaat wordt dikwijls verkregen door de vorm van het uitgangsmodel te vervormen, waarbij sommige delen van het materiaal onbewerkt blijven hetgeen uitmondt in een zeer expressief resultaat. Het op het juiste moment stoppen om het behandelde materiaal niet te mishandelen vormt welhaast het delicaatste moment in het scheppingsproces en vereist een volledige beheersing van de toegepaste technische middelen. Om deze reden kan de kunstenaar niet van de technicus verlangen dat deze het kunstwerk vanaf zeg maar de tekening in elkaar zet: hij moet te allen tijde toezien, aanwijzingen geven, zo nodig ingrijpen tijdens de totstandkoming.
Dit betekent dat de kunstenaar diepgaand inzicht moet hebben in de eigenschappen van het materiaal en van de technologieën die nodig zijn om het gewenste resultaat te verkrijgen. Deze principes winnen alleen nog maar aan gewicht als het gaat om een massaal werkstuk of als het is samengesteld uit materialen die verschillen van het klassieke steen, hout en brons. Als het materiaal roestvast staal is, moet de kunstenaar in de gieterij of de werkplaats de medewerking zoeken van technici, die behalve beschikken over apparatuur en ervaring ook een specifieke roeping hebben voor kunst. Het staal kan afkomstig zijn uit gieterijen, maar ook in de vorm van haspels, band, buis, profiel, draad of enige andere commercieel verkrijgbare vorm. Het type roestvast staal dat het gangbaarst is in de beeldende kunst is het klassieke austenitische 18/8. Als het milieu waaraan het werkstuk wordt blootgesteld verontreinigd is, is een molybdeenhoudend type te prefereren, terwijl in buitengewoon agressieve omgevingen typen nodig zijn met een verhoogd gehalte aan chroom, nikkel en molybdeen.
Het gereedschap dat de kunstenaar ter beschikking staat is die welke gangbaar is in de roestvast-staalverwerkende industrie. Hij kan gebruik maken van giettechnieken of zich toeleggen op bewerkingsmachines: pers, buigmachine, slijpmachines, snijmachines, boormachines, lasapparaten, vijl en desgewenst ook nog hamer en beitel. De werkzaamheden van de kunstenaar vinden plaats in de gieterij of werkplaats maar ze worden voorafgegaan door lange en zorgvuldige afwegingen aan de ontwerptafel. Hier worden alle fasen bekeken die het werkstuk moet doorlopen en of derden aan de verwezenlijking van het ontwerp kunnen bijdragen. Deze studio-activiteit dient, ondersteund door een volledig inzicht in de technologie, des te preciezer te zijn naarmate de directe medewerking van de kunstenaar aan de totstandkoming van het ontwerp zich meer tot een minimum beperkt.
Roestvast staal is net zo'n edel materiaal als ieder ander dat wordt gebruikt in de klassieke beeldhouwkunst, zoals steen en brons, maar vraagt echter om een volledig inzicht in zijn eigenschappen om het in een kunstwerk te doen overgaan. In het volgende stukje zullen de belangrijkste technologieën die ter beschikking van de kunstenaar staan, nader worden bekeken.
Gieten
Het beroemdste gietstuk uit de geschiedenis van de beeldhouwkunst is Benvenuto Cellinis Perseus zoals hij hier in zijn 'Vita' naar verwijst (8, boek 11, hoofdstuk 75-77 ). De uiteindelijke compositie van het beeld bestaat uit 92,65 % koper, 6,32% tin plus lood en antimoon. Maar wat heeft het een voeten in de aarde gehad voordat het beeld uiteindelijk gereed was. Cellini had alles voorzichtig klaargezet, maar het vuur van pijnbomenhout deed het dak van de werkplaats vlam vatten. Wind en water van een windvlaag koelden de oven zodat het brons stolde, terwijl hij ziek lag van de inspanning en van koorts. Hij overwon zijn vermoeidheid, stak het vuur aan van eikehout, zodat het bad weer vloeibaar werd, maar nu barstte de ovendeur en het brons begon naar buiten te vloeien. Hij haalde de twee stoppen eruit en begon te gieten, maar het bad was niet vloeibaar genoeg. Hij liet de moed niet zakken en gooide tafelgerei, bestek en andere tinnen voorwerpen in de smelt en samen met het brons dat inmiddels volmaakt vloeibaar was geworden goot hij het in de vorm. Het resultaat staat in de Piazza della Signaria onder de Lanzi-loggia.
Het gieten van roestvast staal gaat vandaag de dag niet zo gemakkelijk als het gieten van brons; de smelttemperatuur is hoog; 1450°C, en de geringe vloeibaarheid bemoeilijkt het gieten in een vorm. Het is onmogelijk om Cellinis wanhoopsmaatregelen na te volgen. Alles dient voorhanden te zijn en voorzorgsmaatregelen dienen te worden getroffen. Gelukkig kan hier de technologie een handje helpen. De vorm dient met zorg te worden gereedgemaakt en te zijn voorzien van voedingskanalen rechtstreeks of via opkomers die leiden naar de gietholte of navulreservoir. Er dienen ontluchtingen aanwezig te zijn waardoor zowel lucht als gassen en dampen die zich tijdens het gieten hebben ontwikkeld, kunnen ontsnappen. Voor grote vormen met ruwe oppervlakken die naderhand worden bewerkt, kan men kiezen voor zandgieten. Er wordt echter vaker gekozen voor de verloren-wasgiettechniek die ook wordt gebruikt bij het gieten van brons. In dit geval kan de beeldhouwer zijn model vormen met gemakkelijk vormbare materialen zoals was en plasticine en de opeenvolgende vervaardiging van het model in was en de mal wordt vergemakkelijkt door het gebruik van harsen voor betere lossing, zelfs wanneer er achtersneden aanwezig zijn.
De beeldhouwer kan dan bijna zijn volledige aandacht richten op het model en de correctie van de was; de rest is metallurgie. De gietmeester kent het behandelde materiaal en de structuurverandering bij blootstelling aan verschillende temperaturen. Hij kan beoordelen welke vloeibaarheid hij dient te gebruiken die nodig is voor de vorm. Hij wordt hierin bijgestaan door zijn grondige kennis van het vak en door zijn intuïtie; en hij maakt zelden een fout.
Plastische vervorming
Plastische vervorming biedt de kunstenaar een krachtig middel om staal te vervormen waardoor het een indruk achterlaat die getuigt van grote frisheid en levendigheid. De moeilijkheden die met de vormgeving gepaard gaan zijn meldenswaardig. Het werkstuk moet worden herverhit in een oven waarna het snel moet worden verwerkt bij een temperatuur tussen 1000 en 1250°C. Er wordt zelden gebruik gemaakt van een vorm. De kunstenaar verwerkt het weerbarstige materiaal meestal rechtstreeks door het vrij te smeden tot de grondvorm. De gereedschappen die hierbij worden gebruikt zijn de smeedhamer of de smeedpers. Voor de bewerking van kleine stukken wordt ook wel gebruik gemaakt van de ambachtelijke smederij waar gewerkt wordt met voorhamers. Hier dient men echter op te passen voor opkoling. In het algemeen worden eenvoudige vormen verkregen die door middel van lassen worden geassembleerd tot ingewikkelder vormen. Smeedwerk schenkt de uitvoerend kunstenaar met name voldoening door de zware fysieke arbeid en directe beheersing van het materiaal. Het bijzondere aan beeldhouwen is dat de kunstenaar eerder op de tast dan op het oog het werkstuk kan beoordelen en doorvoelen. Tot plastische vervorming kan ook het koud vervormen worden gerekend, hetgeen wordt gereserveerd voor gewalste platen. Het materiaal verstevigt tijdens de bewerking wat het verkrijgen van de gewenste vorm bemoeilijkt. Het materiaal dient daarom bij bepaalde temperaturen te worden herverhit zodat de structuur kan rekristalliseren. Bij austenitische typen wordt herverhitting gevolgd door snelle koeling zodat een materiaal wordt verkregen dat weer plastische vervormbaar of wederom optimale corrosieweerstand heeft.
Lassen
Door middel van lassen kunnen samengestelde vormen worden verkregen. Delen die verschillende fragmenten van de artistieke visie uitdrukken, kunnen worden samengevoegd. Bovendien kan gebruik worden gemaakt van gedeeltelijk bewerkte delen die een bepaalde lichtvoetigheid aan het werk verlenen. Het wordt vaak voorafgegaan door het snijden van plaat of vorm met een plasmabrander. Roestvast staal kan helaas niet worden gesneden met de eenvoudige en economische oxyacetyleenbrander die wel kan worden gebruikt voor gewoon constructiestaal. Veel beeldhouwers snijden en lassen zelf en zijn daar erg trots op. Austenitisch staal kan met of zonder lastoevoegmetaal worden gelast volgens de TIG-procedure of door MIG met roestvast-staaldraad. Vanuit technologisch opzicht staat het resultaat vast. De kunstenaar dient echter duidelijk voor ogen te hebben wat hij precies wil bereiken omdat het niet gemakkelijk is om, wanneer met de bewerking is begonnen, op grote schaal variaties te introduceren. Vaak kan een beklede elektrode worden gebruikt, met name wanneer er een aanzienlijke hoeveelheid toevoegmetaal nodig is of bij het lassen van gegoten of gesmede delen van onregelmatige vorm, of voor het binnendringen van diepe holten.
Afwerking
De afwerking van het oppervlak is van groot belang bij roestvast stalen werkstukken en hier dient reeds in de beginfase goed over te zijn nagedacht. Roestvast staal heeft een uniforme kleur maar kan onder de handen van de kunstenaar er totaal anders uit komen te zien. Het materiaal komt tot leven en de kleur verandert in overeenstemming met de vorm van het materiaal. Het merendeel van het roestvast staal dat in de kunst wordt gebruikt is in de vorm van dikke of dunne plaat. Kenmerkend voor optische kunst is de glans die zoveel mogelijk moet worden uitgebuit. Het polijsten vindt meestal plaats door middel van schuren met een slijpschijf of met schuurband. Wanneer dit te moeilijk blijkt, kan worden getrommeld. Hierbij vindt schuring plaats door knikkers of kleine materiaaldelen die door rotatie van de houder in beweging worden gebracht. Roestvast staal kan geheel of gedeeltelijk worden gekleurd door middel van een mechanische, thermische of chemische behandeling. Chromatische variaties die doen denken aan de regenboog, worden verkregen door chemische baden waarin het werkstuk functioneert als anode; zowel de samenstelling van het bad als de onderdompelingstijd dienen met zorg te worden gekozen. Er kunnen uniform gekleurde oppervlakken worden verkregen met procedures die al geruime tijd op industrieel niveau worden toegepast en waarmee alle kleurschakeringen van het spectrum door een veelvoud aan mechanismen kunnen worden verkregen. Zulke processen kunnen gebruik maken van elektrolytische middelen, voorlakken en soms uiterst dunne keramische deklagen. Met behulp van een TIG-of MIG-toorts of een elektrode kan de kunstenaar ook afwisselende deklagen opbrengen. De oppervlaktebewerking van roestvast staal vergt veel zorg. Verontreinigingen, veroorzaakt door het gebruik van gereedschappen die zeer oxydeerbare ijzerdeeltjes achterlaten en een ongewenste kleuring veroorzaken, dienen te worden vermeden.
De expert die een bepaalde deklaag aanbrengt, heeft kans dat er oppervlakken worden verkregen waarop de lichtval onvoorziene effecten te voorschijn tovert. Zo'n kunstwerk kan het omringende landschap en de daarin aanwezige mensen in zijn macht krijgen en dezen vervormd weerspiegelen. Zo worden levendige beelden gecreëerd die steeds van vorm veranderen en die van tijd tot tijd vervormen van realistische naar fantasieverschijningen. Het natuurlijke element dat het best met roestvast staal kan worden gecombineerd is water. Er zijn fonteinen vol licht en kleuren die steeds veranderen. De wisselende reflecties van het bewegende water en de stalen oppervlakken verlenen een levendige en unieke charme aan het (kunst)werk. Gebruik van de juiste deklaag op het oppervlak kan de magie van de kleuren en gewaarwording van dromen in het werk oproepen. Wanneer het roestvast staal in contact komt met water dient er rekening te worden gehouden met de omringende condities van de omgeving waarin de sculptuur zal worden geplaatst. In sommige gevallen ontwikkelen zich algen en korstmos. Helaas kan dit het uiterlijk en de pracht bederven.