Roestvast staal zuivert proceswater
De keuze voor roestvast staal is vrij vanzelfsprekend, want dit materiaal minimaliseert de wisselwerking met het flocculatieproces, hetgeen logisch is, als je rekening houdt met de eigenschappen van het zuiveringsproces van het proceswater," aldus André Maesen van Pieterman Glastechniek in het Belgische Paal-Beringen.
Recent zijn twee nieuwe, maar totaal verschillende, systemen voor het zuiveren van proceswater op de markt gekomen. De Clean 20 is een geheel uit roestvast staal en kunststof vervaardigde stand-alone oplossing voor maximaal drie machines, op basis van een methode met behulp van flocculant. Het andere systeem heet de Ecotronic 400 en deze machine gebruikt meerdere technieken en is geschikt voor het centraal zuiveren van maximaal acht bewerkingmachines tegelijkertijd. Maesen: "Het totale RVS-oppervlak dat in de Clean 20 verwerkt is, is bijna 12 m2. Het roestvast staal brengt geen onnodige en ongewenste stoffen in het systeem en de duurzaamheid zorgt ervoor dat roestvorming bijna onmogelijk is. De zuiveringscapaciteit voor de Clean 20 bedraagt maximaal 12.000 l/h. De haalbaarheid van de scheiding van de hoeveelheid vaste stoffen is afhankelijk van de juiste werking van de installatie en watermanagement, waarbij: de capaciteit goed dient te zijn afgesteld, de juiste flocculant wordt gebruikt en de dosering op de juiste manier wordt toegediend. Tevens dient het watercircuit geen andere, onbekende chemische stoffen te bevatten, zoals snijolie, koelvloeistoffen en smeer- en reinigingsmiddelen die niet compatibel zijn met het gebruikte vlokkingsmiddel.
Overigens wordt meestal van proceswaterzuivering gesproken, wanneer bijv. gebruikt koelwater na een glasbewerking gerecycleerd wordt, maar in feite is dat het niet. Het proceswater wordt niet gezuiverd; alleen de vaste deeltjes worden eruit gehaald. De Britse benaming 'processwater seperation' is feitelijk beter. Er zijn verschillende zuiveringmethodes. Zo kun je de vaste deeltjes bezinken, filteren of centrifugeren. Of versneld afscheiden met behulp van flocculanten (uitvlokken). De werking van de Clean 20 is gebaseerd op het laatste, de machine versnelt de bezinking van vaste stoffen in het proceswater door middel van een flocculant.
Het systeem
Het apparaat is ontwikkeld wegens problemen bij het vrij kleine, Duitse glasverwerkende bedrijf Glastechnik Holger Kramp. Deze klant had niet de mogelijkheid een kanalensysteem en pompunits aan te brengen voor de centrale verwerking van het proceswater. Samen met dit bedrijf ontwikkelde Pieterman Glastechniek een kleine installatie die eenvoudig in de directe omgeving van glasbewerkingsmachines te plaatsen is en die op de meegeleverde waterbakken aan de machines is aan te sluiten. De Clean 20 is geschikt voor maximaal twintig spindels. Hij kan dus twee tot drie machines van schoon koelwater voorzien. Het benodigde grondoppervlak is 1,3 x 1,1 vierkante meter en de hoogte is 3 meter. Er is tevens een speciaal vlokkingsmiddel voor de glasindustrie ontwikkeld (WINfloc 7418). Het systeem is eenvoudig en werkt, afgezien van de afvoerpomp, zonder draaiende delen. Het vlokkingsmiddel wordt tijdens het oppompen van het vuile proceswater toegevoegd om een optimale menging te bevorderen. Dit gebeurt met een doseerpomp. De aanvoer van het vuilwatermengsel gebeurt boven in het reactorvat. De stroom vuilwater wordt door middel van een schot omlaag geduwd en komt via een onder een schuine hoek geplaatst lamellenpakket weer omhoog. Dat lamellenpakket heeft een groot aantal honinggraatvormige kanalen waardoor het water weer omhoog komt. Het voordeel van deze onder een hoekgeplaatste kanalen is, dat in ieder kanaal een natuurlijk circulatiesysteem van water ontstaat met een hoofdstroom van het zich opwaarts verplaatsende water en een neerwaartse onderstroom langs de bodem van het kanaal. In deze onderstroom komen de zinkende vlokken terecht, die op deze manier versneld onder in de conus terechtkomen. De onder in de conus verzamelde 'slurry' moet regelmatig worden afgetapt. Overigens heeft de Clean 20 sinds kort een nieuwe 'combi-versie', waarbij de machine gecombineerd wordt met een verticale, octagonale buffertank van 2200 liter.
Compacte installatie
Ook de Ecotronic 400 van Tecnomatic van Joseph in het Belgische Brussel is een nieuw concept voor het zuiveren van proceswater. Een combinatie van verschillende technieken maakt het mogelijk dat met deze compacte installatie 18.000 liter proceswater per uur verwerkt kan worden. De scheidingstechniek berust zowel op het toevoegen van vlokmiddelen, als op het centrifugeren en filtreren. Het resultaat is helder water dat zeer geschikt is voor het koelen van diverse spindels. De installatie werkt als volgt. Het afvalwater gaat via een kanalensysteem of door middel van leidingen van een ondergrondse opslagtank met een capaciteit van 6000 - 8000 liter. Deze heeft een conische bodem. Vanaf het diepste punt pompen speciale dompelpompen het vervuilde water op en sturen het naar de installatie met twee concentrische reinigingscompartimenten. Het water komt de buitenste reinigingskamer binnen, waar een kleine hoeveelheid vlokmiddelen wordt toegevoegd. Het uitvlokkingsproces kan dan beginnen. Door de druk en de hoek waar het water het centrale vat daarna binnenkomt, gaat het water ronddraaien alsof het in een centrifuge zit. De druk zorgt voor enige opwarming van het water waardoor het uitvlokken sneller gaat. De 'slurry' wordt automatisch afgevoerd.
De Ecotronic 400 is volautomatisch. Via een PLC met display zijn verschillende functies, zoals pompen en doseerautomaten te programmeren. De installatie heeft een minimum aan onderhoud nodig. Er is geen mechanische slijtage. Afgezien van de pompen zijn er geen draaiende delen en het onderhoud is beperkt. De installatie heeft een klein oppervlak nodig: 1,8 x 1,5 meter voor de machine zelf en 1 x 1,6 meter voor de uitlekunit.